Wat is de hypostatische unie? Hoe kan Jezus tegelijkertijd zowel God als mens zijn?

Getting your Trinity Audio player ready...

Dit artikel legt de twee-naturenleer van de Here Jezus uit, een onderwerp dat vaak discussie oproept vanwege zijn complexiteit. Vanuit een niet-christelijk perspectief wordt dit soms als tegenstrijdig ervaren: hoe kan één persoon ogenschijnlijk tegenstrijdige eigenschappen hebben? Hoewel dit een uitdagend concept is, is het geen logische contradictie. In Christus zijn de Goddelijkheid en menselijkheid verenigd, waardoor Hij zowel eindig als oneindig, stoffelijk als onstoffelijk is, maar niet op dezelfde manier. De hypostatische unie voldoet daarom niet aan de voorwaarden voor een logische contradictie. Het samenspel tussen lichaam en ziel bij de mens kan dienen als een illustratie van deze eenheid. Hoewel de twee-naturenleer mysterieus en bovenmenselijk is, weten we dat het logisch consistent blijft.

Inleiding

Dit artikel behandelt de ‘hypostatische unie’, het concept van de twee naturen van Christus, zowel Goddelijk als menselijk is. Deze geloofsleer zegt dat Jezus Christus een persoon is met twee naturen. Dit is een lastig begrip wat bovennatuurlijk is en moeilijk te vatten voor de mens. Soms wordt dit onder non-Christelijke cirkels aangekaart als een logische contradictie of absurd. Dit is echter niet het geval, de twee naturenleer is zeker mysterieus en complex, maar het is geen logische contradictie.

Essentie

We beginnen met de belangrijkste definities. De natuur/essentie: is iets dat verwijst naar de fundamentele aard of “watheid” ervan, inclusief de essentiële kenmerken (Bobik, 2016). De essentie van een mens is dat hij een rationeel wezen is, gevormd uit zowel een lichaam als een ziel.

Jezus is het Woord van God en bezit de Goddelijkheid van de Vader. Dit lezen we in Bijbelverzen als Kolossenzen 2:9; Want in Hem woont heel de volheid van de Godheid lichamelijk. Hij is ook mens, want hij heeft een lichaam, ziel en de essentiële eigenschappen om mens te zijn op zich genomen sinds hij op aarde is gekomen. We lezen dit ook in Johannes 1:1; “In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God’’. En in Johannes vers 14; “En het Woord is vlees geworden en heeft onder ons gewoond (en wij hebben Zijn heerlijkheid gezien, een heerlijkheid als van de Eniggeborene van de Vader), vol van genade en waarheid’’. Het Woord is vlees geworden, dus Christus is vanaf dit punt zowel Goddelijk als menselijk.

Twee naturenleer 

Dit wordt ook in andere verzen aangekaart zoals Filippenzen 2:6; “Die, terwijl Hij in de gestalte van God was, het niet als roof beschouwd heeft aan God gelijk te zijn, 7. maar Zichzelf ontledigd heeft door de gestalte van een slaaf aan te nemen en aan de mensen gelijk te worden. 8. En in gedaante als een mens bevonden, heeft Hij Zichzelf vernederd en is gehoorzaam geworden, tot de dood, ja, tot de kruisdood’’.

Christus bezit zowel een Goddelijke als een menselijke natuur, waarbij beide naturen hun eigen eigenschappen behouden en verenigd zijn in één persoon. Zijn Goddelijke natuur heeft geen begin, terwijl zijn menselijke natuur wel een begin had. Deze twee essenties behoren tot verschillende categorieën en dragen unieke kenmerken. In de evangeliën zien we uitspraken van Christus die specifiek verwijzen naar zijn menselijke natuur, zoals uitingen van lichamelijke beperkingen, vermoeidheid of groei in wijsheid. Tegelijkertijd zijn er ook uitspraken die zijn goddelijkheid bevestigen, zoals zijn alwetendheid en eeuwigheid. We zien dat de discipelen zijn menselijke eigenschappen expliciet aan zijn menselijke natuur toeschrijven. 1 Petrus 4:1; “Welnu, omdat Christus voor ons in het vlees geleden heeft, moet ook u zich wapenen met dezelfde gedachte: wie in het vlees geleden heeft, is opgehouden met het dienen van de zonde’’. Of Paulus in Romeinen 9:5; “Tot hen behoren de vaderen, en uit hen is, wat het vlees betreft, de Christus voortgekomen, Die God is, boven alles, te prijzen tot in eeuwigheid. Amen!’’

Uiteraard zien we ook Goddelijke titels en eigenschappen van Christus, die dus duidelijk aan zijn Goddelijkheid toe te schrijven zijn. Johannes 8:58 ; Jezus zei tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Vóór Abraham geboren was, ben Ik. Dus, Christus zijn Goddelijke eigenschappen , kunnen we toeschrijven aan zijn  Goddelijke natuur. En als Hij menselijke handelingen vertoont, dan is dat toe te schrijven aan eigenschappen van zijn menselijke natuur. Uiteraard is Jezus Christus, Het Woord van God, één persoon dus beiden schrijven we toe aan dezelfde persoon.  

Maar is dit niet gewoon een contradictie? Jezus is zowel oneindig als eindig, gelimiteerd en ongelimiteerd? Dit zijn enkel schijnbare tegenstrijdigheden omdat de eigenschappen van Christus opgedeeld kunnen, metaforisch gezien, in twee categorieën. Laten we analogieën gebruiken om dit te verduidelijken. Maar eerst de definitie van een logische contradictie.

Definitie van een logische contradictie

Aristoteles in zijn werk “Metaphysics” is een fundamenteel principe van de logica die stelt dat een uitspraak niet tegelijkertijd waar en onwaar kan zijn in dezelfde context. De definitie ervan is als volgt: “Dat het onmogelijk is om tegelijkertijd te geloven dat iets zo is en dat het niet zo is, op dezelfde manier en in dezelfde context.” Het citaat waarin Aristoteles deze wet verwoordt is afkomstig uit Boek IV, Hoofdstuk 3, 1005b van zijn werk “Metaphysics”.

Dit stelt dat er twee voorwaarden zijn voor een contradictie, het ding moet op hetzelfde moment en context worden gedefinieerd met de tegenstrijdige stellingen. Alleen dan is het een contradictie. Bijvoorbeeld, als Mark een vrijgezel is, kan hij per definitie niet tegelijkertijd getrouwd zijn. Of denk aan een statement dat Mark een mooie man is. Een tegengesteld statement, dat Mark een lelijke man is, kan niet samengaan met het eerste statement. Echter kan men wel zeggen dat Mark fysiek mooi is maar een lelijk karakter heeft. Deze tegengestelde woorden, mooi versus lelijk, kunnen in het voorbeeld samengaan omdat ze op twee verschillende manieren worden bedoeld. Dus de hypostatische unie in Christus is geen contradictie omdat de paradoxale eigenschappen niet in dezelfde context zijn geplaatst. Jezus is oneindig met betrekking tot zijn Goddelijkheid en eindig met betrekking tot zijn menselijke natuur, niet op dezelfde wijze dus. Dit is ook hoe vele kerkvaders dit mysterie ontleden, zie Sint Athanasius, bisschop van Alexandria (ca 295 373 AD). Hiernaast volgt nog een analogie om te illustreren dat paradoxale aspecten verenigd kunnen zijn.

“And that one may attain to a more exact knowledge of the impassibility of the Word’s nature and of the infirmities ascribed to Him because of the flesh, it will be well to listen to the blessed Peter; for he will be a trustworthy witness concerning the Saviour. He writes then in his Epistle thus; ‘Christ then having suffered for us in the flesh 1 Peter 4:1.’ Therefore also when He is said to hunger and thirst and to toil and not to know, and to sleep, and to weep, and to ask, and to flee, and to be born, and to deprecate the cup, and in a word to undergo all that belongs to the flesh , let it be said, as is congruous, in each case ‘Christ then hungering and thirsting for us in the flesh;‘ and saying ‘He did not know, and being buffeted, and toiling for us in the flesh;‘ and ‘being exalted too, and born, and growing in the flesh;‘ and ‘fearing and hiding in the flesh;‘ and ‘saying, If it be possible let this cup pass from Me Matthew 26:39, and being beaten, and receiving, for us in the flesh;‘ and in a word all such things ‘for us in the flesh.’ For on this account has the Apostle himself said, ‘Christ then having suffered,’ not in His Godhead, but ‘for us in the flesh,’ that these affections may be acknowledged as, not proper to the very Word by nature, but proper by nature to the very flesh.”

Ons lichaam is fysiek en tastbaar, het bestaat uit materie, terwijl onze ziel niet-fysiek is, ongrijpbaar. Het lichaam is eindig, terwijl de ziel oneindig is, net zoals de Goddelijke natuur van Christus oneindig is en niet fysiek waarneembaar. Ondanks deze ogenschijnlijke tegenstrijdigheden zijn lichaam en ziel toch verbonden in een persoon. Hoewel we niet precies begrijpen hoe dit werkt, net zoals we niet precies begrijpen hoe de Goddelijke natuur en de menselijke natuur van Christus verbonden zijn, weten we wel dat het zo is. Het is geen logische tegenstrijdigheid, maar eerder een mysterie dat de filosofie blijft uitdagen. 

Conclusie

De hypostatische unie, de leer dat Christus zowel Goddelijk als menselijk is, is een mysterieus maar logisch consistent concept. Zijn twee naturen behouden hun eigen kenmerken en zijn niet tegenstrijdig, omdat de eigenschappen van Christus steeds in de juiste context moeten worden begrepen. Hij is oneindig in zijn Goddelijkheid en eindig in zijn menselijkheid, zonder dat dit een logische contradictie vormt. Net zoals lichaam en ziel bij de mens één persoon vormen ondanks hun verschillende eigenschappen, zo zijn de twee naturen van Christus verenigd in één persoon. Hoewel dit bovenmenselijk blijft, biedt de Schrift en filosofische analyse een samenhangende basis voor dit geloofsbegrip.

Referenties 

Vertaling gebruikt van https://herzienestatenvertaling.nl/home

Aristoteles Boek IV, Hoofdstuk 3, 1005b “Metaphysics”.

Bobik, J. (2016). Aquinas on Being and Essence: A Translation and Interpretation. University of Notre Dame Pess.

CHURCH FATHERS: Discourse III against the Arians (Athanasius). (n.d.). https://www.newadvent.org/fathers/28163.htm

Nieuwste Artikel

Nieuwste Podcast

Podcast Bijbel vs Koran

Sponsors

Short's